Huisregels judovereniging Koka Sexbierum
Onze judovereniging is een kleinschalige, gezellige maar serieuze en ambitieuze sportvereniging.
Judo is een sport waarin een aantal normen en waarden in hoog vaandel staan. Wij proberen de
judoka’s deze waarden en normen mee te geven. Ze hebben niet alleen betrekking op het judo maar
ze zijn ook goed toepasbaar in het dagelijkse leven.
Bij judo is het belangrijk dat de judoka’s zich bewust zijn van het volgende: respect voor elkaar staat
hoog in het vaandel. Dus we lachen elkaar niet uit als er iets misgaat of als iemand verliest. We
helpen elkaar juist verder. Judo mag je nooit gebruiken buiten de judo om, tenzij je het gebruikt ter
zelfverdediging.

De Dojo en Tatami
Naast respect voor elkaar geldt ook: respect voor de Dojo (trainingszaal) en de Tatami (judomat). We
zitten rechtop naast elkaar, we groeten de juf of meester en kleden ons in schone Judogi (judopak)
welke op de juiste manier vastgebonden is (hulp van juf en meesters is er altijd). Dit geldt bij start
van de les, examen of wedstrijd maar ook bij het einde van de les, examen of wedstrijd.
Wij proberen dit aan de judoka’s mee te geven tijdens de lessen. Maar de ouders en verzorgers
dienen er voor te zorgen dat de kleding netjes blijft. Kapotte broeken/jassen moeten gerepareerd of
vervangen worden. Door gaten in kleding kunnen tenen of vingers blijven hangen wat weer kan
leiden tot gebroken botjes en dat willen we voorkomen natuurlijk!

Nagels, sieraden en hygiene
Om elkaar niet te bezeren is het van belang dat zowel teen- als vingernagels kort geknipt zijn.
Oorbellen, armbandjes, ringen en andere sieraden mogen niet tijdens de judo worden gedragen.
Kunnen de sieraden niet worden afgedaan, dan dienen deze te worden afgeplakt met sporttape. .
Judoka’s met lang haar moeten hun haren opbinden met een elastiekje (zonder ijzeren stukje).

Heeft een judoka last van een besmettelijke kwaal, geef dit aan. Wij kunnen dan beoordelen of
judoën in deze situatie mogelijk of wenselijk is. Zo kan het dragen van een sok bijvoorbeeld
voorkomen dat je anderen met wratten besmet.
Eten en drinken OP DE TATAMI is niet toegestaan.
Laat de kleedkamer netjes achter, deponeer afval in de afvalbak. Vergeet je een kledingstuk (wat
regelmatig voorkomt zelfs in de koude wintermaanden), meld het dan zsm. Wij controleren bij het
verlaten van de gymzaal namelijk niet alle hoeken en gaten. Je bent tenslotte zelf verantwoordelijk
voor je spullen.

De lessen
Tijdens de lessen is de juf of meester de baas. Je luistert altijd naar de aanwijzingen, niet alleen om te
leren maar ook zeker voor de veiligheid. Tijdens de uitleg wordt niet gesproken, als er een vraag is
steek je netjes je vinger op. TIJDENS DE UITLEG ZIT JE NETJES. JE LIGT NOOIT!
Er is altijd tijd voor een lolletje, maar ga niet te ver. LUISTER naar JUF of MEESTER. Wat voor de een
grappig is, kan kwetsend zijn voor een ander.
Houd voor of na de les rekening met de judolessen die bezig zijn of nog moeten beginnen. Dus niet
schreeuwen in de kleedkamer, zorg ervoor dat niemand in de DOJO last van je heeft.

Ouders en verzorgers
Het judopak/kleding
Wij verwachten van de ouders dat de judogi (het judopak) schoon is en in goede staat. Dit i.v.m.
hygiëne en veiligheid. Een kapotte judogi kan botbreuken veroorzaken!!
Het judopak mag niet te klein zijn. Als wij aangeven dat er een nieuwe moet komen kunt u zelf een
bestellen. Het bestuur kan dit ook voor u doen. Misschien ligt er nog wel een op voorraad of is er
een goede 2e hands beschikbaar.
Meisjes/dames horen een WIT T-shirt onder hun pak te dragen. Bij jongens is een T-shirt niet
toegestaan.

Wilt u de naam van de judoka op het judopak? Dat kan! Wij kunnen deze bestellen tegen vergoeding.
LETOP je mag niet zomaar iets op een judopak naaien. Bij wedstrijden gelden strikte regels rondom
het judopak. Overleg eerst met de juf of meester, dat voorkomt problemen.

Bijzonderheden?
Zijn er bijzonderheden, bijvoorbeeld het overlijden van een opa of oma, zijn er spanningen, of is een
kind net ziek geweest meld dat even. We kunnen daar dan rekening mee houden tijdens de les
Kijken bij de lessen
Als u wilt kijken in de zaal doe dit dan het liefst in overleg met de leerkracht van het moment. De
kleine judoka’s hebben vaak de neiging om eerder naar papa of mama te vliegen dan naar juf of
meester. Dit kan soms de les negatief beïnvloeden.
Schroom niet om vragen te stellen voor of na de lessen. Wij zijn ervoor om jullie uitleg te geven over
wat we de judoka’s leren.

Wedstrijden
Wij stimuleren onze leerlingen om mee te doen aan wedstrijden. Als een judoka mee wil doen aan
een wedstrijd, overleg met de leerkracht en lees onze email berichten hierover. Hier staan vaak data
in van verschillende wedstijden. Er zijn verschillende soorten wedstrijden en toernooien op
verschillende niveaus. De leerkrachten en bestuursleden kunnen goed beoordelen welke wedstrijden
geschikt zijn voor de judoka’s.
Zijn er vragen over bovenstaande regels, stel deze gerust aan ons!

 

 

PROTOCOL TEGEN PESTEN
In dit document heeft Vereniging Koka vastgelegd hoe wij door gewenst gedrag te stimuleren pesten binnen de club trachten te voorkomen. Daarna zal behandeld worden hoe wij omgaan met situaties waarin dit toch gebeurt/dreigt te gebeuren. Tot slot zal uitgewerkt worden welke gevolgen mogelijk zijn als een situatie niet tot een oplossing komt.
1. Gewenste omgang bevorderen
Het is erg belangrijk dat budoka’s zich veilig voelen in hun sportomgeving. Hier hoort bij dat zij zich niet gepest mogen voelen. Om het risico daarop zo klein mogelijk te maken
hebben we een aantal gedragsregels opgesteld. Deze regels zijn hieronder te vinden. Een aantal dingen zijn in onze club niet toegestaan. Hieronder vallen: – Het beoordelen op uiterlijk, afkomst, geslacht of andere persoonskenmerken of het maken van kwetsende opmerkingen daarover.
– Ongewenst aan de spullen van een ander komen. – Een ander bewust hardhandig behandelen en/of fysiek pijn doen bij het oefenen. – Elkaar met een bijnaam aanspreken die door de bedoelde persoon er van niet als positief ervaren wordt. – Vloeken of schelden. – Roddelen. Daarnaast verwachten wij van leden de volgende dingen uitdrukkelijk wel: – Probeer ruzie altijd samen op te lossen. – Wanneer dit niet lukt: zoek contact met een trainer, vertrouwenscontactpersoon e/of bestuurslid. – Luister aandachtig naar elkaar. – Help elkaar waar nodig. – Zorg dat nieuwkomers in de groep goed worden ontvangen en opgevangen. Bovenstaande gedragsregels worden al bij inschrijving kenbaar gemaakt aan al onze leden en zijn terug te vinden op onze website. Verder wordt er door de trainers regelmatig aandacht aan besteedt en zien wij toe op de naleving ervan tijdens de budolessen. Bovendien wordt aan ouders/verzorgers ook gevraagd om ongewenst gedrag te melden wanneer zij dit tegenkomen of vermoeden.
2. Situaties van pestgedrag oplossen
Als er een vermoeden bestaat dat er binnen de club gepest wordt dan worden de volgende stappen doorlopen:
– Er wordt vastgesteld of de gepeste heeft geprobeerd het samen met de pester op te lossen.
– Als de gepeste er niet uitkomt grijpt de budoleraar/trainer in. Hij/zij brengt de partijen bij elkaar voor een verhelderingsgesprek en probeert samen met hen de ruzie of pesterijen op te lossen en (nieuwe) afspraken te maken.
– Er wordt contract gezocht met de ouders van de partijen nadat de kinderen hierover ingelicht zijn. Eventueel wordt een gesprek gevoerd met de hele groep. Hierin kan aan de orde komen wat de oorzaken en de gevolgen zijn voor slachtoffers, daders, meelopers en zwijgende middengroep. Besproken kan worden of ze zich realiseren welk verdriet zij veroorzaken met hun gedrag en/of houding. Vervolgens kan aan de groep suggesties gevraagd worden hoe de situatie verbeterd kan worden voor de gepeste budoka.
– Bij herhaaldelijke ruzie/pestgedrag neemt de leraar duidelijk stelling en houdt een bestraffend gesprek met de pester. De fase van bestraffen/sancties treedt in werking (zie paragraaf 3). Ook wordt de naam van de ruziemaker/pester vastgelegd in een verslag. Bij iedere melding omschrijft de leraar ‘de toedracht’. De leraar en ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een voor iedereen bevredigende oplossing. Als het gaat om jonge kinderen worden de ouders hier actief bij betrokken.
3. GEVOLGEN
Mochten pogingen tot verbetering van de situatie door budoka’s, trainer en ouders niet tot een oplossing leiden dan kan de club overgaan tot het opleggen van sancties. Een besluit hiertoe volgt altijd uit samenspraak tussen trainer en bestuur. De mogelijke sancties lopen op van licht naar steeds zwaarder en kunnen in die volgorde worden gegeven als een situatie zich over langere tijd niet verbetert. Hieronder zijn de sancties per categorie opgesomd.
Eerste stap:
– Afspraken maken met de pester over gedragsveranderingen. De naleving van deze afspraken komen aan het einde van iedere week (voor een periode) in een kort gesprek aan de orde.
Vervolg stap:
– De ouders nadrukkelijker bij de oplossing betrekken. De budoclub heeft een dossier bijgehouden van de acties die hebben plaatsgevonden. Dit dossier is uitgangspunt voor het gesprek. In overleg de pester in een andere groep plaatsen.
OF – Bij aanhoudend pestgedrag de pester voor een bepaalde periode schorsen.
Laatste stap:
Het lidmaatschap van de sporter wordt ingetrokken